Oudledenvereniging La Belle Epoque Algemene StudentenVereniging Taste Ius Sanctus Homepage Oudledenvereniging La Belle Epoque Algemene StudentenVereniging Taste Ius Sanctus Homepage
De Homepage van Ius Sanctus
Koning der Nederlanden Willem-Alexander
Leeden van Ius Sanctus, links naar hun homepages en e-mail adressen
Activiteiten van Ius Sanctus: Zeilen, Cantus...
Ook zo benieuwd wie er in de keldercommissie zit? Hier een overzicht van alle commissies
Een archief van alle nieuws items die op deze website hebben gestaan
Het Mores Masterplan in werking, zie hier de succesvolle resultaten
Laat hier een bericht achter en lees de berichten van anderen

Reeglementen van het Kapittel der Orden van het Moresgenootschap Ius Sanctus


Preambule

Dit reeglement bevat de bepalingen en criteria behorende bij het instellen, toekennen en doen uitreiken van orden en eretekenen aan Leeden van het Moresgenootschap Ius Sanctus en anderszins. Dit reeglement is het document op basis waarvan de commissie van Moresgenootschap Ius Sanctus “Het Kapittel” te werk gaat, en functioneert. Dit reeglement is in eerste lijn gebaseerd op artikel XIX van het Algemeen Reeglement van Moresgenootschap Ius Sanctus. Daarnaast is geen enkele bepaling zoals in dit Reeglement gesteld strijdig met enige bepaling in het Algemeen Reeglement van Moresgenootschap Ius Sanctus.

Artikel I

Naam, duur
  1. De commissie is een commissie van Moresgenootschap Ius Sanctus, en draagt de naam “Het Kapittel”
  2. De commissie is opgericht voor onbepaalde tijd.

Artikel II

Doel
De commissie stelt zich het volgende ten doel:
  1. Het instellen en hoeden van orden.
  2. Het toekennen van onderscheidingen aan daarvoor in aanmerking komende Leeden van Moresgenootschap Ius Sanctus, en anderszins
  3. Het doen uitreiken van de eretekenen behorende bij de onderscheidingen als bedoeld in Artikel II, lid ,2 door de functionerende Magistraat van Moresgenootschap Ius Sanctus.
  4. Het doen bijhouden van een register van alle personen die een onderscheiding in een van de Orden heeft mogen ontvangen, door de functionerende Griffier van Moresgenootschap Ius Sanctus.

Artikel III

Leeden
De commissie kent slechts één categorie leeden:
  1. Grootmeesters
Grootmeesters worden aangesproken met de titel "Grootmeester". Deze titel wordt bij postale zendingen direct achter de naam van de geadresseerde volledig vermeld.
Tevens kent de commissie novicen, buiten de commissie Grootmeesters in spé genoemd.

Artikel IV

Instelling
  1. Een orde kan worden ingesteld op voorstel van Leeden van de Commissie, danwel Leeden van Moresgenootschap Ius Sanctus.
  2. De nieuwe orde wordt bij unaniem besluit van alle Leeden van de Commissie ingesteld.
  3. Na instelling van de orde wordt een subreeglement opgesteld waarin tenminste is opgenomen:
    a de naam van de orde
    b de rangen binnen de orde
    c een beschrijving van de versierselen en eretekenen behorende bij de orde
    d de criteria op grond waarvan ordetekenen worden uitgereikt
    e de mogelijke aanleidingen en het protocol van uitreiking
    f alle verdere bepalingen die voor deze orde van belang zijn of kunnen zijn.
    g de naam van de eerste Grootmeester van de orde.

Artikel V

Toetreding
  1. Lid van de commissie kunnen zijn zij die volgens het in dit artikel bepaalde als lid unaniem tot Grootmeester zijn benoemd door de commissievergadering, en bij toetreding lid zijn van de Orde der Verheevenen, danwel de Hooghe Raad, danwel het Subject van Moresgenootschap Ius Sanctus.
  2. Novice, buiten de commissie Grootmeester in spe genoemd, kunnen zijn zij die een verzoek tot instelling van een orde hebben gedaan en geen deel uitmaken van de commissie.
  3. Novicen kunnen slechts Grootmeester in spé zijn van een door hen zelf voorgestelde orde.

Artikel VI

Buiten gebruikstelling
  1. Een orde kan buiten gebruik worden gesteld indien:
    1 De criteria voor toekenning (Artikel IV lid 3) in de toekomst niet langer van toepassing kunnen zijn.
    2 De leeden van de commissie hiertoe unaniem besluiten
    3 De commissie wordt ontbonden
  2. Een buiten gebruik gestelde orde blijft bestaan, doch het uitreiken van nieuwe onderscheidingen en promoties wordt gestaakt.

Artikel VII

Beëindiging van het lidmaatschap
  1. Het lidmaatschap van de commissie eindigt:
    1 door beëindiging van het lidmaatschap van Ius Sanctus
    2 door buiten gebruikstelling van de orde
    3 door een verzoek van de betreffende Grootmeester, hetwelk unaniem door de commissie is ingewilligd
    4 door ontbinding van de commissie
  2. Wanneer door de beëindiging van een lidmaatschap die noodzaak ontstaat, wordt een reeds zittend lid van de commissie benoemd tot nieuwe Grootmeester van de Orde waarvan het vertrekkend lid Grootmeester was.

Artikel VIII

Bestuur
  1. Het bestuur van de commissie wordt gevormd door de leeden van de commissie
  2. De commissie heeft conform Artikel XIX lid 2 van het Algemeen Reeglement een praeses
  3. De praeses wordt jaarlijks door de commissie uit diens midden benoemd voor de duur van één jaar.
  4. Een lid van de commissie kan meermalen de taak van praeses vervullen, doch nimmer langer dan één jaar aaneen.
  5. Besluiten van het bestuur van de commissie worden unaniem genomen.

Artikel IX

Wijziging van dit reeglement
  1. Tot wijziging van dit reeglement kan bij unanimiteit van de commissieleden worden besloten.

Artikel X

Ontbinding
  1. De commissie wordt ontbonden bij ontbinding van Moresgenootschap Ius Sanctus.

Artikel XI

Overige oprichtingsbepalingen
  1. Bij oprichting worden de volgende Orden ingesteld:
    a de Orde van de Gulden Waag van Vrouwe Iustitia
    b de Orde van de Onanerende Pauw
    c l'Ordre Escalatoire Extraordinaire
    d de Ereklasse van het Groot Onderscheidend Vermogen
    e de Orde Artikel XI, ook genaamd "Paardepikken"
  2. Bij oprichting treden de volgende leeden toe:
    a dhr. H.H. Wijnia, Lid Orde der Verheevenen van Moresgenootschap Ius Sanctus
    b dhr. A.A. Zijlstra, Lid Orde der Verheevenen van Moresgenootschap Ius Sanctus
  3. Bij oprichting worden de onder Artikel XI, lid 2 toegetreden leeden benoemd tot Grootmeester van de in Artikel XI lid 1 genoemde Orden.


      Terug naar de pagina van Het Kapittel